maandag 21 januari 2008

DE TOVERBERG


In het concentratiekamp Bergen-Belsen circuleerde één exemplaar van De Toverberg van Thomas Mann onder de gevangenen. Het vasthouden alleen al werd door sommigen aanzien als het hoogtepunt van de dag. Aldus opperbibliofiel Alberto Manguel in zijn rêverieën van bibliotheken en haar boeken. Troost kan soms zo eenvoudig zijn...
.
Dit hoogtepunt bij een boek kan op twee verschillende manieren gezien worden. Een hoogtepunt omdat in het geestelijk verderf van het nazisme en de concentratiekampen elke verstrooiing van de geest verboden was. Zeer te begrijpen. Zeker omdat in een fysieke gevangenis de geest van een mens nog enige vrijheid kan genieten. En literatuur is het middel bij uitstek om de geest of de fantasie ‘fris’ te houden. Ondanks alles toch nog enige vrijheid dus. (En enige moed om te overleven?)
.
Het hoogtepunt kan (en zal naar alle waarschijnlijkheid) ook betrekking hebben op de inhoud van het boek. En dat sluit zeer nauw aan bij de thematiek die hier al enige malen de revue gepasseerd is. Kort en krachtig: wat kan en moet ik doen? En hoe kan ik als jonge (onschuldige) mens (al) een antwoord geven op deze vraag?
.
“In het hartje van de zomer reisde er een eenvoudig jongmens van zijn vaderstad Hamburg naar Davos-Platz in het Graubündense land. Hij was van plan er drie weken te blijven. Maar van Hamburg helemaal daarheen, dat is een lange reis – te lang eigenlijk in verhouding tot een bezoek van zo korte duur.” Het bezoek loopt zeven jaar uit wegens een zogenaamde lichte longaandoening. Een bezoek van de jonge Hans Castorp aan zijn zieke neef Joachim Ziemszen zoals ‘Odysseus in het schimmenrijk’. Castorp voelt zich goed daar hoog in de bergen. Dankzij de verschillende wandelingen waarop Castorp vergezeld wordt door zijn neef, ontsnapt hij enigszins aan de begeestering waarin het hele sanatorium (symbool voor de zieke – Duitse – maatschappij) gehuld is. Wandelingen begeleid door twee heren, Settembrini en Naphta. Beiden representanten van twee hoofdstromen in het Europese denken (die echter geleid hebben tot dit zieke Europa). Deze uitstapjes doorbreken voor Castorp het zuiver lichamelijke en zielloze van de overige sanatoriumbewoners. Deze bewoners zijn niets anders dan een brok lichamelijkheid. Wandelen impliceert verandering van omgeving, waardoor de geest uitgedaagd kan worden. Dit lichamelijke veranderingsproces wordt door de twee heren – Settembrini en Naphta – namelijk gekoppeld aan een geestelijke ontplooiing. Ondanks alle pogingen van beide heren, laat Castorp zich (nog) te veel leiden door het sensuele (jeugdig enthousiasme) eerder dan het intellect. Juist dit laatste zal (misschien) zijn ondergang worden.
.
“Hij herinnerde zich een eenzaam roeitochtje in de avondschemering op een meer in Holstein, in de nazomer, enkele jaren geleden. Rond zeven uur was het geweest, de zon was al onder, de bijna volle maan reeds opgegaan in het oosten boven de beboste oevers. Toen had er, tien minuten lang, terwijl Hans Castorp over het vredige water voortroeide, een verwarrende en droomachtige constellatie geheerst. In het westen was het klaarlichte dag geweest, met glashelder, broodnuchter daglicht; maar als hij zijn hoofd omdraaide, had hij een evenzeer uitgesproken, hoogst toverachtige, door vochtige nevels doorweven maanlicht voor zich gezien. Dit zonderlinge contrast had bijna een vol kwartier aangehouden, totdat het ten gunste van nacht en maan beslecht was, en in blijde verbazing waren Hans Castorps verblinde en begoochelde ogen van de ene landschapsbelichting naar de andere, van de dag naar de nacht en van de nacht weer naar de dag gegaan.”
.
Met De Toverberg staat Thomas Mann (ongewild) in de traditie van de bildungsroman. Een genre waarin de loutering en de vorming van een jonge, onwetende mens door allerlei gevaren en avonturen centraal staan. De jongeling die niet zomaar uit het warme nest in de ‘gevaarlijke buitenwereld’ wordt geworpen, maar een leerschool moet doorstaan. Een leerschool die hem in enige mate voorbereidt op ‘het ware leven’. Niet dat alles ineens heldere en duidelijke vormen krijgt. Een bagage waaruit kan gepuurd worden in het verdere leven. Want zoals Vergilius in Dante’s inferno moet blijven staan aan de poorten van het paradijs, zo moest ook Castorp zijn eigen reis verder zetten. En zo zal ook elke mens dat moeten doen. “De Bildungsroman verbeeldt de ontwikkeling en ontvouwing van de geestelijke en morele vermogens van een jonge mens, die zich aan het einde van zijn leerjaren als öffentliche Person, zoals Goethe het noemde, aanpast in de samenleving, daarin een plaats gaat innemen en zich haar ten nutte maakt. Hij heeft ingezien dat het niet alleen om zijn individuele bestaan gaat, maar om het ondergeschikt maken van zijn persoonlijke belangen en wensen aan de interessen en doeleinden van de gemeenschap. Kortom, hij heeft erkend dat wie het algemeen belang als sociale essentie op zich wil dienen, een offer moet brengen.”
.
Niet het offer zoals dat verstaan werd door de nazi’s en uitgevoerd werd in kampen. Maar het offer zoals dat reeds duidelijk werd gemaakt in de ets van Goya De slaap van de rede creëert monsters (wat eveneens kan verwijzen naar de gruwelijkheden van het nazisme). Het offer begrepen als enige aanpassing aan de samenleving, water bij de wijn doen, een beetje jeugdig enthousiasme verliezen in het proces van volwassenwording... dromen als dromen leren aanzien.
.
“Niet door je te laten horen, maar door geestelijk gezond te blijven bewaarde je de erfenis van de mensheid.” - G. Orwell (P)

Geen opmerkingen: