maandag 31 maart 2008

dEUS


Laten we het even over een andere god hebben: dEUS. Zes jaar hebben we moeten wachten op een nieuw album. En toen, in 2005, werd Pocket Revolution op de mensheid afgevuurd. Een prachtig album dat op zijn specifieke manier door merg en been snijdt (met een stevige knipoog naar de Amerikaanse schrijver Raymond Carver).

Minder experiment, of was dat ook een experiment? En de groep, die werd voor de zoveelste keer op rij hertekend. Alleen Tom Barman en Klaas Janszoons hebben de tand des tijd overleefd. Maar je kan je afvragen of die verandering van de wacht – met Mauro Pawlowski – slecht was (behalve dan misschien voor die grote doorbraak in het buitenland). dEUS betekende het begin van een oerknal. Waaruit o.a. Stef Kamil Carlens met Zita Swoon zich als een evenwaardige medespeler heeft opgewerkt.

Drie jaar later mag de wereld zich weer opmaken voor een nieuwe plaat. Vantage Point zal te verkrijgen zijn vanaf 18 april. Een laat paasgeschenk? Zeker als je mag afgaan van die kleine voorproefjes van singles en het internet.

“België vormt nu al meer dan een decennium een schatkamer van geweldige bands en bandjes die wereldacts zouden zijn geworden als hun standplaats niet Antwerpen maar Manchester of New York was geweest.” Aldus Joost Zwagerman in zijn Perfect Day en andere popverhalen. Wanneer je een dergelijk statement leest besef je pas echt hoe klein en nietsbetekenend dit Belgenland toch is (en sommigen pleiten om het nog kleiner te maken). Bij de verkiezing van de grootste Belg moesten er zelfs Nederlanders (Erasmus) bij gehaald worden om de lijst toch enigszins op te smukken. Onze rock- en popmuziek kan wel voor zichzelf spreken (al moet de rest van de wereld ons daar nu juist van overtuigen alvorens we het willen geloven).

De concertenreeks 0110 (2006) heeft getoond dat België klein is. Duidelijk werd ook dat onze muzikanten geen nood hebben aan afbakening van (nog kleinere) grenzen, maar dat we ze moeten openbreken. (P)

zondag 30 maart 2008

MARK TWAIN


We reached Venice at eight in the evening, and entered a hearse belonging to the Grand Hotel d'Europe. At any rate, it was more like a hearse than any thing else, though to speak by the card, it was a gondola. And this was the storied gondola of Venice!--the fairy boat in which the princely cavaliers of the olden time were wont to cleave the waters of the moonlit canals and look the eloquence of love into the soft eyes of patrician beauties, while the gay gondolier in silken doublet touched his guitar and sang as only gondoliers can sing! This the famed gondola and this the gorgeous gondolier!--the one an inky, rusty old canoe with a sable hearse-body clapped on to the middle of it, and the other a mangy, barefooted guttersnipe with a portion of his raiment on exhibition which should have been sacred from public scrutiny. Presently, as he turned a corner and shot his hearse into a dismal ditch between two long rows of towering, untenanted buildings, the gay gondolier began to sing, true to the traditions of his race. I stood it a little while. Then I said:

"Now, here, Roderigo Gonzales Michael Angelo, I'm a pilgrim, and I'm a stranger, but I am not going to have my feelings lacerated by any such caterwauling as that. If that goes on, one of us has got to take water. It is enough that my cherished dreams of Venice have been blighted forever as to the romantic gondola and the gorgeous gondolier; this system of destruction shall go no farther; I will accept the hearse, under protest, and you may fly your flag of truce in peace, but here I register a dark and bloody oath that you shan't sing. Another yelp, and overboard you go."

foto: Benjamin Britten, Opera Death In Venice, 1973 Luister hier naar 'The boy Tadzio shall inspire me'

SNOBISME


'Het toppunt van luxe is je ogen sluiten en even denken aan God of aan geen God, je even proberen te concentreren op het wezenlijkste wat er is, waardoor al het andere minder belangrijk wordt. Echte luxe heeft niet met materie te maken maar met ontvankelijkheid, achterover vallen in het gras en naar de lucht kijken. Het toppunt van luxe is als je ophoudt te rekenen hoeveel je hebt en hoeveel je nog moet krijgen, dat je niets nodig hebt behalve dit heerlijke moment. Het klinkt zo gemakkelijk, en voor iedereen te realiseren, maar het is zo moeilijk. Het is wat de luxe-industrie met alle middelen probeert te ontkennen: echte luxe is niet te koop, je moet het jezelf toestaan.' Oscar van den Boogaard, Snobisme voor beginners, Weekend Knack, nr. 13, van 26 maart tot 1 april 2008.

Ik ben een grote fan van Oscar van den Boogaard. Zijn zomerdagboek Inspiration Point barst van vulkanisch verlangen en hij is een van die zeldzame auteurs van wie je de romans met een warme gloed leest. Maar waarom smaakt lectuur van zijn columns of van dit artikel soms zo wrang? Vinger in de lucht. Ik weet het: omdat de Nederlandse schrijver onlangs verhuisde naar Sint-Martens-Latem, de duurste gemeente onder en boven de taalgrens. En onder andere bericht over reuzenrotsen die hij bij een gespecialiseerde firma bestelt en in zijn riante tuin placeert. Ik wil geen spelbreker zijn. Want Oscar spreekt hierboven natuurlijk de waarheid. Daar ben ik rotsvast van overtuigd.
.
Foto: de rotsformaties Inspiration Point, Bryce Canyon in de Amerikaanse staat Utah.

zaterdag 29 maart 2008

ALISTER MCGRATH


Morgenvroeg op Klara, bij Rondas om 11u: een gesprek met Alister McGrath. Of: hoe je tegenwoordig als gelovige koppig tegen de algemene stroom (zie Dawkins en Hitchens) in kunt varen. En: als coda bij een gesprek dat gisteren om halfvier eindigde in de bar van het STUK. Na dit Klara-interview word ik voorgoed atheïst, geloof ik. Of net niet. Het is me eigenlijk een raadsel wie al dat geloof heeft uitgevonden. En waarom. Het is welletjes geweest. Schrap het aub uit het script dat Wereldgeschiedenis heet. Wikipedia zegt:
.
McGrath werd aan de Universiteit van Oxford opgeleid in de theologie en de scheikunde; in laatstgenoemde discipline promoveerde hij op het terrein van de moleculaire biofysica.Heden ten dage is hij hoogleraar in de historische theologie in Oxford.
.
McGrath was van huis uit geen christen maar overtuigd ongelovig. Hij meende dat het atheïsme wetenschappelijk gezien over sterke papieren zou beschikken, maar kwam daarvan terug toen hij dit nader begon te bestuderen. Zijn eertijds positieve kijk op dit fenomeen stelde hij bij toen hij merkte dat ook het atheïsme zich schuldig had gemaakt aan machtsmisbruik en onderdrukking, zoals in het geval van het Oost-Europese communisme waar het een wezenlijk onderdeel van had uitgemaakt.
.
Hij werd christen omdat hij vond dat het christendom meer te bieden had dan het atheïsme, onder meer omdat het daadwerkelijk iemands leven in positieve zin zou kunnen veranderen. In 1981 werd hij priester in de Anglicaanse Kerk.

TRENY


De Pool Jan Kochanowski wordt in zijn thuisland beschouwd als de grootste schrijver van de renaissance. Bekend is hij vooral voor de cyclus Treny, een bundel klaagliederen, die hij op het einde van de 16de eeuw schreef bij de dood van zijn dochter. Ze werd amper 2,5 en hierboven zie je een schilderij van de vader met zijn gestorven Urszula. Treny werd voor het eerst naar het Engels vertaald door Nobelprijswinnaar Seamus Heaney. In 1995 was dat.

Waarom vertel ik dit? Om mijn encyclopedische kennis te etaleren? Maak je geen illusies. Ik had tot voor vandaag nog nooit van Kochanowski gehoord. Wel beluister ik een cd van de Pool Michael Jacaszek. Deze muzikant bracht net Treny uit en zijn elektro-akoestische composities zijn zo overweldigend dat ik prompt de enigmatische titel van dit pareltje 'googlede'.

Het Poolse woord 'treny' betekent letterlijk klaaglied. En dat is ook wat je hoort. De muziek van Jacaszek is van een hemelse breekbaarheid en verwijst duidelijk naar het literaire meesterwerk. Hij werkt zonder samples, maar manipuleert rechtstreeks met zijn laptop verdwaalde cello's en een aftastende harp. Met lichte clicks en glitches verschijnen fragiele operastemmen en bloedmooie pianotoetsen. De fluisterende en zuigende geluidswereld op Treny neemt de adem weg.

vrijdag 28 maart 2008

CHRISTIAN PROMMER


Tien jaar geleden was ik verslaafd aan het Oostenrijkse duo Kruder & Dorfmeister. De twee gingen vriendschappelijk uit elkaar maar op gezette tijden haal ik hun elektronische slowmotion dub weer uit het rek. Peter Kruder werkte pas nog samen met Christian Prommer voor het project Voom:Voom. Leuk, maar niet meer dan dat.

Tromgeroffel. De naam is gevallen: Christian Prommer. De man is DJ en producer en je leest zijn naam bij de credits van Fauna Flash en Truby Trio. Een paar weken geleden bracht hij solo Drum Lesson Vol. 1 uit en die staat hier al dagen op repeat.

Niet verwonderlijk: Prommer bewerkte electronica classics tot heerlijke jazzarrangementen. Bijvoorbeeld Kraftwerks Trans Europa Express. Of Derrick May's Strings of Life. Ik wacht intussen vol spanning op volume 2, waarbij hij in de omgekeerde richting jazz standards door de elektronische gehaktmolen zal draaien.

HORSES


Straks en dinsdag kun je in het Leuvense CinemaZed gaan kijken naar ZOO, een documentaire van Robinson Devor over paardenliefhebbers in de ruime zin van het woord. De regisseur liet zich inspireren door de dood van een brave Amerikaanse huisvader die zich liet berijden door een hengst en stierf aan interne bloedingen. Zijn mediagenieke dood leidde tot de ontmaskering van een geheime club van zoöfielen in Seattle.
.
In Den Haag loopt momenteel een tentoonstelling van Lucian Freud, kleinkind van de Weense zielenknijper en volgens sommigen de grootste Britse schilder van het moment. Wij gaan vooral eens langs voor de portretten van de legendarische en extravagante performance kunstenaar Leigh Bowery, een massa vlees die het normaal moet hebben van zijn outfit. Daarnaast ontdekte ik onlangs dat Freud ook paarden schilderde. Ze behoren voor mij tot zijn sensueelste werk, hoewel ik niet zeker ben of ze in Den Haag te zien zijn.
.
Het eerste album van de punky Patti Smith heet Horses, geloof ik. In het Parijse Fondation Cartier stelt ze op dit moment fotografisch werk tentoon. Of ze de recente tentoonstelling van David Lynch in hetzelfde Cartier kan overtreffen, valt te betwijfelen. Voor veel critici blijkt haar grafisch werk - ze tekent ook - serieus over het paard getild.

donderdag 27 maart 2008

STAN BRAKHAGE


Ik heb maar één keer meegemaakt dat iemand flauwviel in de cinemazaal. Het was bij een vertoning van The Act of Seeing with One's Own Eyes van de experimentele filmmaker Stan Brakhage. De avantgarde film uit 1971 leidt de kijker meer dan een uur rond bij autopsies van misdaadslachtoffers. Zonder verhaallijn. Zonder geluid. En je voelt de titel aan den lijve, want je kan alleen maar de ogen sluiten. Of flauwvallen natuurlijk... Dit is geen oppervlakkige regisseur die mikt op goedkoop horrorsucces. De filosofische cinema van Brakhage snijdt diep.

woensdag 26 maart 2008

ADAM FUSS


Adam Fuss is geen gewone fotograaf. In digitale tijden grijpt de Brit terug naar de camera obscura en maakt daguerreotypen en fotogrammen. Als kind al was hij gefascineerd door de natuur en dat merk je in zijn onderwerpen. Zijn ambachtelijke foto's tonen baby's, sporen van slangen en paddestoelen, zonnebloemen, schedels of zoals hier: waterdruppels.
.
Eigenlijk zijn het concentrische cirkels veroorzaakt door een enkele druppel. Fuss' technisch perfecte 'water pictures' maken ook indruk door hun uitvergrotingen van twee op anderhalve meter. Nog tot volgende week kun je je onderdompelen in Adam Fuss' werk bij de Brusselse galerie Xavier Hufkens.

dinsdag 25 maart 2008

VADERMOORD PART VII


Krakow aka Sparklehorse – Tine Reymer (Billy King) aka Nick Cave

Vorige week een prachtig optreden bijgewoond in het Stuk te Leuven onder de veelzeggende titel “vadermoord”. Het Belgische Krakow bracht enkele covers van Sparklehorse. Eerlijkheid gebied te zeggen dat het weergaloze covers waren. Nog niet in het spoor van Jeff Buckley’s onovertrefbaar Hallelujah, maar stevig op weg. Niet voor niets viel het optreden in het kader van de vadermoord. Krakow was tot voor dit optreden een nobele onbekende in mijn muziekrepertoire. Zoals u reeds eerder kon vernemen is dit repertoire al meerdere malen danig op de proef gesteld. En dat is wel spijtig. De band is opgericht door Piet De Pessemier. Zegt u misschien ook niet veel, maar de groep waarvan hij eerder lid was wellicht wel: Monza. Een beetje verder opzoekwerk over Krakow bracht me bij een muzikale liefde die een stille dood was gestorven, genaamd Grandaddy. De vlam wakkerde echter vlug terug aan. En dat er een nieuwe naam in de platencollectie toegevoegd werd is mooi meegenomen.

Over Tine Reymer kan ik spijtig genoeg zeer kort zijn. Een zeer mooie stem, maar Nick Cave verdraagt geen vrouwelijke stem. De smeerput van het menselijk bestaan wordt nu eenmaal beter uitgebeeld door de ruwe, vuile stem van de meester zelf. Al moet ik eerlijk toegeven dat ik bij Breathless – één van die uitzonderlijke liefdesverklaringen – wel een lichte voorkeur begon te voelen voor een vrouwenstem. (P)

maandag 24 maart 2008

DE GERUCHTEN


Ik moet iets bekennen: nog nooit las ik een werk van Hugo Claus tot de laatste bladzijde. Of wacht eens! Jawel: De geruchten las ik helemaal. Enkele verhalen uit De zwarte keizer heb ik met plezier geproefd. En het toneelstuk Vrijdag heb ik ooit nog met leerlingen opgevoerd. Maar Het verdriet van België en De metsiers sloeg ik al na enkele bladzijden voorgoed dicht. Dat is niet verwonderlijk, zegt Achille Van Den Branden op zijn indrukwekkende weblog. Je moet volgens hem met het juiste boek beginnen. Anders duurt de afkeer levenslang.
.
(Eigenlijk wou ik vooral iets zeggen over de cover van De geruchten. Die is van een interessante fotogra(a)f(e) uit de jaren 60 of 70, maar ik kan niet meer op de naam komen. Blijkt bovendien dat ik mijn exemplaar met de oplossing een tijdje geleden naar De Slegte heb gebracht. De kans op een mooi kruisreferentieel berichtje is hierbij verkeken.)

zondag 23 maart 2008

LIFE AFTER GOD


Sometimes I want to go to sleep and merge with the foggy world of dreams and not return to this, our real world. Sometimes I look back on my life and am surprised at the lack of kind things I have done. Sometimes I just feel that there must be another road that can be walked - away from this person I became - either against my will or by default.

Douglas Coupland 'Life after God' (P)

vrijdag 21 maart 2008

MISERERE


Kerken moeten platgebombardeerd worden. Dat was Claus’ zijn overtuiging wegens de diepe schade die katholiek Vlaanderen in zijn ziel achtergelaten had. Of ze nu mooi of lelijk waren, weg moesten ze. Gedaan met repressie ! Een dergelijke antihouding komt vaker voor bij de generatiegenoten van Claus. Niets dan goeds over de doden, dus ik zal ook alle begrip tonen voor deze houding. Schop die heilige huisjes omver...

Een kleine tweehonderd jaar geleden schopte een ander genie – het genie der genieën – een heilig huisje in (volgens de overleveringen). Traditiegetrouw werd op Goede Vrijdag in het Vaticaan het Miserere (Psalm 51) van Gregorio Allegri uitgevoerd. Paus Urbanus VII was er zo op gesteld dat hij het werk op straffe van excommunicatie niet buiten het Vaticaan liet horen. Tirannie en kerkelijk gezag hebben meermaals hand in hand gegaan. Tot de jonge Mozart na beluistering van het stuk, de partituur uit het hoofd kon opschrijven. De rest zit nu in de platenspeler (of laten we bij de tijd blijven op het net). De klokken zwijgen. De stemmen zijn naar boven gericht.

Meneer Claus, u bent een groot schrijver. Ik hoop dat u - zonder u voor de kar van enig katholicisme te spannen - (nog) mag genieten van deze muziek (zonder enige dictatoriale pressie). (P)

donderdag 20 maart 2008

HUGO CLAUS


Gisteren overleed Hugo Claus. Hij was bijna 79. Wat de erfenis is van deze gigant van de Vlaamse letteren? Zelf maakte hij zich niet veel illusies: de dichter was al blij als over honderd jaar een jonge maagd bij het lezen van een van zijn gedichten een nat broekje zou krijgen.

woensdag 19 maart 2008

ROGIER VAN DER WEYDEN


Al mag een mens nog zo negatief staan ten opzichte van het fenomeen religie of godsdienst, de impact ervan op de maatschappij valt niet te ontkennen. En die invloed is niet alleen ten nadele van die menselijke samenleving. Hoe zou onze geschiedenis eruit zien indien er nooit sprake zou geweest zijn van ene Jezus van Nazaret. Laat staan van zijn voorgangers Abraham, Mozes, David,... om maar enkelen te noemen. Hoe zou ons mens- en wereldbeeld eruit zien indien er nooit zoiets was als het joods-christelijke denken? Dit zijn discussies die hier niet onmiddellijk thuis horen, ik weet het. Laten we het daarom even hebben over kunst en lijden. Alweer! Ditmaal met het excuus dat we het hoogfeest van de christenheid stilaan naderen.

Terecht wordt gezegd dat de Westerse kunst geobsedeerd is door lijden in al zijn vormen. Hierin onderscheidt zij zich van bijvoorbeeld haar Oosterse collega’s. Deze fascinatie is reeds terug te vinden bij de oude Grieken in hun tragedies. In het christelijk ‘voorbeeld-ige’ lijden kende zij echter een hoogtepunt. Denk hierbij ondermeer aan de schilderkunst van Rogier van der Weyden (met bijpassende, begeleidende muziek van Dietrich Buxtehude). Kunst die zich niet van de wereld wegtrekt, maar er zich juist naar richt. Het scheppingsgeheim niet uitgebeeld in moeilijk te ontcijferen symbolen, maar in de schoonheid van mensen, de glans van kleuren, de harmonie van lijnen. (P)

dinsdag 18 maart 2008

THE PENGUIN CAFE ORCHESTRA


Mag ik u, alvorens de rest van deze heilige week te wijden aan de Passies van Bach, even de ‘lichtzinnige’ muziek van The Penguin Café Orchestra voorstellen. De naam is afgeleid van een gedicht dat door het hoofd van Simon Jeffes, oprichter van het losse ensemble, speelde. “Ik ben eigenaar van het Pinguïncafé, ik zal je willekeurige dingen vertellen”. Willekeur, spontaniteit, verrassing, onverwachtheid zijn termen die men kan plakken op de muziek. Een specifiek hokje waarin je de muziek kan plaatsen is er echter niet. Soms doet ze me denken aan de zigeunermuziek van Die Anarchistische Abendunterhaltung (DAAU). Of aan die andere niet echt te plaatsen muziek van Wim Mertens (via wie ik hen heb leren kennen op last.fm).

The Penguin Café Orchestra werd gevormd door gitarist Jeffes en cellist Helen Liebmann. Andere musici werden aangetrokken naargelang de uitvoeringen. Het gedicht waar Jeffes zijn muzikale idee rond opbouwde ging verder over de waarde van het spontane, irrationele in het gewone leven. Iets wat niet gevonden werd in de klassieke muziek (noch in de bestaande popcultuur). Hij was echter van de overtuiging dat die irrationaliteit juist een belangrijk gegeven vormde voor het leven. (Maar dat mensen omwille van de wens voor een geordend, rustig leven dit maar al te graag van zich afwierpen.) Hun bekendste nummer werd Telephone and rubber band, maar wat dacht u van Music for a found harmonium?

In 1997 hield het gelegenheidsensemble op te bestaan toen Jeffes stierf aan een hersentumor. De willekeur van een lot? (P)

zondag 16 maart 2008

VENETIË


Sommige steden zijn zo mythisch dat ze het ideale decor vormen voor een roman of film. Ik denk aan de nachtelijke jungle in de film Taxi Driver. Aan het hebzuchtige Wallstreet van de jaren 80 in Brett Easton Ellis' American Psycho. Aan het ontregelde Parijs in Playtime van Tati. Natuurlijk aan de tocht van Leopold Bloom door Dublin in Joyce's Ullyses. En aan de recente bestseller die zich een weg zoekt door de straten van Barcelona: De schaduw van de wind.
.
De stad is hier zo prominent aanwezig dat ze een essentieel onderdeel vormt van het verhaal en zelfs een volwaardig personage wordt. De plot kan alleen in die specifieke stad volledig tot haar recht komen. De personages worden figuranten of versmelten karakterieel met de clichés van het decorum.
.
Ik boekte net een trip naar Venetië en twee romans en een film smeken om een tweede visie. Dood in Venetië natuurlijk, van Thomas Mann, waarin de ondergang van de decadente von Aschenbach schitterend accordeert met de gedoemde stad. De briljante thriller Don't Look Now van Nicholas Roeg, over een man die in Venetië een oude kerk restaureert maar wordt achtervolgd door de tragische verdrinkingsdood van zijn dochtertje. En tot slot The Comfort of Strangers.

In deze vroege roman van Ian McEwan volgen we een uitgeblust koppeltje door de toeristische doolhof van de verleidelijke stad. Zelfs de romantische plek bij uitstek kan hun relatie geen nieuw leven inblazen. Integendeel, tijdens hun zwijgzame wandelingen botsen ze op de enigmatische Robert. En verandert de idyllische stad plots in een verderfelijk oord van voyeurisme en sadomasochisme. Niets is wat het lijkt. Het lieflijke Venetië blijkt een maskerade.

zaterdag 15 maart 2008

WERKELIJKHEID


Toen de lucht op was verdwenen de dingen.
De meubels stonden gedacht, louter schimmen
van ambacht en hout. Ik hield een pen in de hand,
maar kon mij het doel niet herinneren.
Er scheen licht, maar dat lag aan de lamp.

Of omgekeerd. Alle verklaring was opgebrand.
De boekenkast vol, maar zonder gewicht.
Zodra ik er mij op beriep, vielen de letters
als zand van de bladen. De spiegel keek wit
van schrik naar de kamer, die barstte,

scherven van een onleesbaar gedicht.
Zo geschiedde in alle kamers waarin ik
was opgesloten, in theorie. Elke deur
vastgezogen door niets, het luchtledige.
Alsof niet achter de deur de materie

met duizend handen de werkelijkheid schiep.

(Charles Ducal) (P)

dinsdag 11 maart 2008

SHOPPING MALL



Redding uit duistere tijden is nabij. Wanhoop niet langer, predikant Billy is komende. Onze kerk is (niet langer) de shopping mall. Tijdelijk verhuisd naar de Vooruit in Gent. Een boodschap van liefde... waarvoor je niet hoeft te betalen? Is liefde niet schoon (en goedkoop). Laat het verkooppraatje maar zitten... For tonight God is a salesman (naar Faithless).

"Wat blinkt, is maar een vluchtige gedachte, het echte blijft voor alle nageslachten." J.W. von Goethe (P)

maandag 10 maart 2008

ZIJN EN TIJD



Het symposium bij deBuren blijft doorzinderen in mijn hoofd. Wanneer ik om me heen kijk, zie ik vaak niets anders dan kwetsuren, wonden. Iedereen heeft ze. De een toont ze al wat sterker dan de ander. De een kan er minder goed mee omgaan dan de ander. Alsof we in een permanente staat van bloeden leven. En toch ook weer niet. Niets mag echt getoond worden. Niet dat ik een pleidooi voor pornografie houd. Maar verdringen heeft zelden positieve resultaten geoogst.

Verdrongen in de marge van een overigens perfect bestaan. Geluk is maar hoe je het bekijkt. Zoals die rode vlek op het schilderij de executie van Maximiliaan van Manet (tussen de benen van een van de soldaten). Of iets duidelijker, de val van Icarus van Breughel. Randfenomenen, bijna niet waar te nemen. En toch zijn ze er. Bepalen zelfs het geheel. De landbouwers zijn betekenisloos zonder de spartelende benen van de zojuist gevallen jongeman.

De naam Foucault is reeds gevalllen. Maar meer nog spookt de naam (en vooral het denken) van Martin Heidegger door mijn hoofd. Tien jaar geleden werd het hoofdwerk van deze Duitse filosoof Sein und Zeit vertaald in het Nederlands. Niet verwonderlijk dat we in het Nederlandse taalgebied op vele vlakken achter lopen. En ja, we weten het, hij heeft in een bruin pakje rondgelopen. Niet goed te spreken, dat is waar. Maar laten we het belang van zijn (radicaal) denken niet ontkennen. Hannah Arendt, Levinas, Gadamer,... allen zijn ze schatplichtig aan Heidegger.

Het Dasein als een Sein-zum-Tode. Het Dasein is zich ervan bewust dat het zal sterven, dat het elk moment kan sterven; dat betekent dat ‘doodgaan’ het leven doordrenkt en vormt. Iets dat er niet is, nog niet is, en toch bepalend is voor het doen en laten! De mens loopt zichzelf steeds vooruit. En dat is ook zijn paradoxale vrijheid, altijd onderweg. (P)

zaterdag 8 maart 2008

L'HOMME QUI MARCHE


De wandelende mens is een vrij doorzichtige metafoor, die graag door kunstenaars wordt aangewend. In mijn geest verschijnen 'pop ups' van beelden. Van Rodin en van Giacometti. Titelpagina's worden in mijn geest met een zuchtje omgeslagen. Van Jean-Jacques Rousseau. Of van de beroemde Duitse regisseur Werner Herzog. Ook dirigent Sigiswald Kuijken pleegde onlangs, samen met zijn vrouw, een boekje over wandelen.

Wandelen is een heel eenvoudig beeld voor het leven zelf. Van punt A naar punt B. Lichtjes voorovergebogen. Van de 'womb' naar de 'tomb'. Gestaag doorstappen. En vooral niet verdwalen. Onlangs zag ik in een gespecialiseerde 'adventure' shop een GPS voor wandelaars. Ook de pelgrim gaat mee met zijn tijd. Recht op zijn doel af. En een futurist als Umberto Boccioni doet het met de nodige schwung.

Wandelen kan ook anders. Zonder richtingwijzers. En zonder eindmeet. De Japanner Jiró Taniguchi bracht enkele jaren geleden een prachtige strip uit. L'homme qui marche. Veel wereldschokkends gebeurt er niet in deze graphic novel, die ik alleen in een Franse vertaling vond. En van een verhaal is er al helemaal geen sprake. Een man wandelt door zijn stad. Elk hoofdstuk opnieuw. Hij staat even stil bij spelende kinderen. En zoekt zijn weg terug naar huis.

Op een andere tocht gebeurt nog minder. En alles: de protagonist is getuige van een vallend blad. Of hij stopt en snuift even de zoete lentegeur in. In een ander hoofdstukje mijmert hij over de zachte regen. Of loopt het straatje dood. Dialogen zijn er nauwelijks. En alleen van de grootste banaliteit. L'homme qui marche is de delicaatste strip die ik ooit las. Breekbaar als een haiku.

vrijdag 7 maart 2008

ONHEIL, PIJN, BLOED


Naar aanleiding van de tentoonstelling Picture This! (met werk van Herman Asselberghs, Burnett Rose en Renzo Martens) in het Vlaams-Nederlands huis deBuren, werd er gisteren een symposium gehouden onder de veelzeggende titel onheil, pijn, bloed. representaties van lijden. “Lijden behoort tot de universele menselijke conditie, maar er is geen kunst waarin het tonen,het uitbeelden, het verbeelden van lijden zo prominent aanwezig is als in de westerse kunst.” Prominent aanwezig, en toch kunnen we het niet plaatsen in ons eigen leven. Lijden is namelijk iets dat verbannen moet worden of iets dat uitsluitend de ander overkomt. Vooral in het spreken over de dood, is het steeds iets dat iemand anders is overkomen. Lees eventueel (nog) eens De dood van Iwan Iljitsj van Tolstoj.

De wonde als crisis van het denken, bedreiging van de orde, bedreiging van zekerheden. De wonde die niet verholen wordt, maar het denken openbreekt. De pijn is als het il y a van Jean -François Lyotard waar geen grip op te krijgen is.

Wat hierbij het meest opvalt is dat de fotografie de kunst bij uitstek is om het ondraaglijke zeer expliciet naar voren te brengen. Daar waar de schilderkunst en de beeldhouwkunst vaak gebruik maakt van dieperliggende betekenissen en symboliek die niet altijd gekend zijn door de toeschouwer, overvalt een foto (meer dan een film) de zelfgenoegzame toeschouwer. Alhoewel het werk van Berlinde de Bruyckere - zoals duidelijk hierboven - een zeer rijke en sterke representatie van het lijden geeft, stemt het eerder tot reflectie dan tot walging. Vergelijk het eventueel met de fotografie van Sally Mann, Joel-Peter Witkin of Andres Serrano. Vooral deze laatste is zeer expliciet en niet voor gevoelige kijkers. (P)

donderdag 6 maart 2008

PAUL MCCARTHY


Het SMAK zit in slechte papieren en dat verwondert me niks. De zakelijk leider werd ontslagen nu blijkt dat er een gigantische put is geslagen in de begroting van het museum. Een paar maanden geleden bezocht ik er de tentoonstelling van Paul McCarthy. Een overweldigende ervaring, daar niet van. Maar ik vroeg me toen eerlijk gezegd al af of het verantwoord is om voor één expositie met ketchupkunst letterlijk de muren van je museum te slopen. Paul McCarthy is een grote meneer in de hedendaagse kunst (zeggen sommigen), maar of zijn werk nu echt de moeite loont om je kunsthuis volledig te verbouwen?
.
Veel meer indruk maakte het SMAK enkele jaren geleden met een tentoonstelling van de Vlaamse schilder Michaël Borremans. Een ingetogen presentatie sloopte toen ook muren. Figuurlijk. En bij mij althans. Een lichte euforie maakte zich van me meester toen ik in het Gentse museum voor de eerste keer een schitterend overzicht kreeg van de Gentenaar. En voor mij verdrong hij onmiddellijk Luc Tuymans van zijn troon. Ik geloof dat ik er bij het starten van de blog al over vertelde. Soit. Wat ik wou zeggen: dEUS brengt binnenkort een nieuwe cd uit en het artwork werd geleend bij Borremans.

woensdag 5 maart 2008

PARIS


Mensen kankeren te veel. Zo veel zelfs dat ze er ziek van worden. Dit is zowat de centrale boodschap van de nieuwste film van Cédric Klapisch Paris. Want ook deze prachtige stad van de romantiek wordt geplaagd door de kanker van het gezaag. Klapisch' film heeft één pluspunt: een verbluffend decor (daar heeft hij zelf niet veel voor moeten doen). De rest is oeverloos gezaag over gezaag en (niet kunnen omgaan met) ziek zijn. Voor mensen die graag Parijs willen zien, neem de thalys, u bent er dan sneller en hoogst waarschijnlijk ook beter gemutst. En daarvoor hoef ik geen clichés te gebruiken (ook niet van het 'arme negertje' dat na het zien van een foto van Parijs, zijn geluk gaat proeven in Europa). Een zeer povere film, maar misschien was dat ook wel de opzet en waren de verschillende verhaallijnen gewoon een noodzakelijk kwaad. (P)

HERCULES & LOVE AFFAIR


Het briljantste album van het jaar. Wat zeg ik: van de week. Meer zelfs: van vandaag. De eerste cd van Hercules and Love Affair is een instant classic. Op 30 april staan ze in de Gentse Culture Club. Het is geleden van Madonna's Confessions On A Dancefloor dat een album me vanaf de eerste beluistering zo opwond. Lekkere funky beats. De stem van Antony. En veel gay grooves...

maandag 3 maart 2008

LAST.FM


Even geen kunstkritische of culturele babbel. Voor diegenen die het nog niet kenden, mag ik jullie allen last.fm aanraden. Een fantastisch muziekprogramma via internet. Radio zonder reclame, zonder het soms oeverloze gebabbel (wat ook zijn charme kan hebben, want wat zou een ochtend zijn zonder het geklets van Peter Van de Veire en Sofie Lemaire?) en vooral met muziek naar eigen keuze en interesse. Typ een artiest naar keuze in en ontdek een hele wereld van gekende en onbekende alternatieven in het genre. Voor diegenen die het programma (of varianten) reeds kenden, ik weet dat er voor mezelf nog veel te ontdekken valt op het wereldwijde web. Gaan waar velen reeds voorgegaan zijn. En toch blijft het een avontuur (hahaha). (P)

zondag 2 maart 2008

ZIDANE



Voetbal een emotie, voetbal een passie, voetbal een feest... Met deze slogan werd jaren geleden de hele natie (on-)veilig gemaakt ter promotie van nationale sport nummer één. Vele kunstenaars hebben zich ook al toegespitst op deze sport (soms zelfs met de aankoop van een eigen team als uit de hand gelopen emotie of grap). Denk maar aan Bikkembergs (En laat nu juist het woord homo of janet het scheldwoord van de doorsnee voetbalfan zijn. O ironie). Voor het WK afgelopen zomer heeft Duitsland er alles aan gedaan om het spel te ‘intellectualiseren’ (sic). Of dat dit laatste nodig is (en geslaagd), is zeer te betwijfelen.

De balbehendigheid van sommige spelers grenst inderdaad aan het kunstzinnige. Ronaldinho, Zidane (prachtige soundtrack van Mogwai), Cruijff, Maradona, Péle om maar enkele groten bij naam te noemen. Tegenwoordig spreken we ook niet meer van een voetbalstadion, maar eerder een tempel met vele architecturale hoogstandjes. (Barcelona wil haar tempel - Camp Nou - omtoveren tot één groot Gaudi-monument). Maar soms vraag ik me af of datgene wat hier in België vertoond wordt de middelmaat overstijgt. Het enige kunstzinnige dat hieruit te halen valt zijn de columns van Hugo Camps in de Morgen. Een geploeter op de akkers van de eerste de beste boer. En dan hebben we het nog niet eens gehad over die mensen aan de zijlijn. Daar zijn reeds beangstigende studies over gemaakt en het lijkt er niet op dat dat vlug gaat veranderen. Ik vraag me zelfs af of deze mensen aan de zijlijn zich nog iets herinneren van die slogan behalve dan beangstigende, hoogoplopende emoties (feest en spel zijn een vreemd gegeven). (P)